Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Wandelen op de Fishermen’s Trail in Portugal

In mei was het dan eindelijk zover: ik mocht mijn wandelschoenen weer aantrekken. Ditmaal ging de reis naar Portugal, voor een wandeling die al heel lang op mijn verlanglijstje stond: de Fishermen’s Trail.

Deze route loopt van Sines naar Lagos (of andersom) in de regio’s Alentejo en Algarve. In dit artikel zal ik je praktische tips en informatie geven over deze trail, de reis ernaartoe, paklijsten en waar je allemaal rekening mee moet houden als jij hier ook wilt gaan wandelen.

De heen- en terugreis

Dus je hebt besloten: ‘Ik ga het gewoon doen! Ik ga de Fishermen’s Trail lopen.’ Allereerst: goede beslissing! Nu is het zaak om te beslissen welke kant je hem op wilt gaan lopen. Wil je hem SOBO lopen (van noord naar zuid) of NOBO (van zuid naar noord)? Voor meer informatie over hiker-termen als NOBO en SOBO kun je overigens dit artikel lezen.

De route loopt officieel van Saõ Torpes naar Lagos, maar de meeste lopers beginnen in Porto Covo, omdat dat makkelijker te bereiken is. De tien kilometer tussen Saõ Torpes en Porto Covo schijnen bovendien niet heel interessant te zijn. Ik zeg ‘schijnen’, omdat ikzelf ook in Porto Covo begonnen ben en het dus niet uit eerste hand kan vertellen. Wil je toch in Saõ Torpes beginnen, dan reis je naar Sines en neemt daar de taxi.

Zowel Sines als Porto Covo zijn makkelijk te bereiken vanuit Lissabon met de bus van Rede Expressos (informatie van mei 2023). Wij vlogen vanuit Eindhoven naar Lissabon en namen diezelfde middag nog de bus naar Porto Covo. Vanuit het vliegveld van Lissabon namen we een Uber voor rond de 7,50 euro. Dit duurt ongeveer 20 minuten (met redelijk druk verkeer, maar geen file). Op het busstation kochten we een buskaartje voor de expres-bus naar Porto Covo (eindbestemming Lagos) voor 16,50 euro. Normaal doet deze bus er ongeveer twee uur over.

Voor je terugreis hangt het er vanaf tot waar je loopt. Loop je de hele route tot Lagos, dan is Faro het dichtstbijzijnde vliegveld om terug naar Nederland te vliegen, maar je zou ook eventueel terug kunnen gaan naar Lissabon met de bus of trein. Als je maar een stukje loopt, dan zijn beide vliegvelden misschien een optie. De meeste kustplaatsjes langs de route hebben een regelmatige busverbinding, maar bekijk dit wel vooraf, want soms gaat er maar één bus per dag. Ook zal het afhangen van wanneer je de route loopt, want in de wintermaanden is er veel dicht en kunnen de verbindingen met het OV ook veranderen.

Als je naar het noorden wilt lopen, dan kun je natuurlijk eerst naar Faro vliegen en alles andersom doen. Maakt het uit welke kant je op gaat? Ik denk niet heel veel. Zodra je voorbij Cabo Saõ Vicente bent en ‘de bocht’ omgaat, loop je wat meer tegen de zon in dan het stuk daarvoor als je SOBO gaat, dus dat zou een reden kunnen zijn om NOBO te gaan. Ook is het stuk van Cabo Saõ Vicente tot aan Lagos een heel stuk toeristischer (en dus drukker) dan het stuk ervoor, dus wil je in de drukte eindigen of ermee beginnen? Het is aan jou.

Wanneer kan ik het beste gaan?

De beste tijd om deze wandeling te maken is in ieder geval NIET in de zomer. In juli en augustus is het hier bloedheet en dat is minder aangenaam. Ook is het dan veel drukker met ‘gewone’ toeristen, en dat beperkt de verblijfsopties. Ikzelf ging half mei, en hoewel het al redelijk warm was (tot 27 graden sommige dagen, al voelde het als boven de 30), was dit goed te doen. ‘s Nachts was het nog wel rond de 12 à 13 graden, dus neem een warme trui of jas mee, het koelt ‘s avonds snel af. Maar ook eerder of in de herfst lopen kan heel goed. Houd er in de wintermaanden rekening mee dat veel restaurants en accommodaties dicht kunnen zijn. Maar ook hoogzomer zijn de voorzieningen voor ‘hikers’ soms gesloten (bijvoorbeeld het bagagevervoer)

Overigens; een ander voordeel van in mei lopen is dat de natuur dan in bloei staat. De duinen staan vol met kleurrijke bloemen en de ooievaars zitten in hun nesten langs de kliffen met schattige kleintjes die luidkeels om eten bedelen.

Hoeveel tijd heb ik nodig?

De route is verdeeld in etappes die makkelijk te halen zijn op een dag voor een gemiddelde wandelaar. Kijk dus naar hoeveel dagen je wilt of kunt lopen, en bepaal aan de hand daarvan hoeveel etappes je wilt lopen. Reken een dag voor de heenreis en nog een dag voor de terugreis. Wil je de hele route lopen? Er zijn in totaal dertien etappes:

  • Etappe 1: Saõ Torpes – Porto Covo – 10 km.
  • Etappe 2: Porto Covo — Vila Nova de Milfontes — 19,5 km.
  • Etappe 3: Vila Nova de Milfontes – Almograve – 15,1 km.
  • Etappe 4: Almograve – Zambujeira do Mar – 21,8 km.
  • Etappe 5: Zambujeira do Mar – Odeceixe – 17,9 km.
  • Etappe 6: Odeceixe – Aljezur – 22,7 km.
  • Etappe 7: Aljezur – Arrifana – 17,2 km.
  • Etappe 8: Arrifana – Carrapateira – 21,7 km.
  • Etappe 9: Carrapateira — Vila do Bispo — 15,4 km.
  • Etappe 10: Vila do Bispo – Sagres – 19,4 km.
  • Etappe 11: Sagres – Salema – 18,4 km.
  • Etappe 12: Salema – Luz – 11,3 km.
  • Etappe 13: Luz – Lagos – 10,8 km

Als je een hele relaxte wandeling wilt, kun je dus van dorp naar dorp lopen en elke avond douchen, lekker uit eten en schone kleren aan. Voor extra comfort zijn er zelfs een paar bedrijven die elke dag je bagage van dorp naar dorp brengen voor je. Voor de eerste vijf etappes gebruikte ik Rota Vicentina Transfers. Wij waren met zijn drieën dat stuk en samen hadden we twee tassen. Je betaalt 15 euro per sectie van de trail, en vanaf vier transfers geldt het bedrag voor twee tassen. Onze Airbnb in Aljezur bleek dichterbij Arrifana te liggen, en viel dus onder die sectie. Van Porto Covo naar Arrifana zijn zes secties, we betaalden dus zes keer 15 euro. Voor totaal 90 euro (30 euro per persoon), hadden we dus elke avond onze tassen met schone kleren en konden we overdag lopen met alleen wat water, onze lunch en voor de zekerheid regenkleding. Een ongelofelijke luxe waar ik wel even aan moest wennen. Het tweede gedeelte van de trail liep ik alleen en met mijn kampeerspullen, wat natuurlijk gelijk een veel zwaardere rugzak tot gevolg had!

Buiten de gebaande paden

Zodra ik ging kamperen na Aljezur, voelde de trail gelijk heel anders aan voor mij. Als ik kampeer, ga ik slapen zodra het donker wordt, en sta ik op met de zon. Bovendien hoef je je met je tentje niet meer te houden aan de secties, ik sliep dus alle avonden compleet alleen op de meest prachtige plekjes, en kwam bijna geen andere wandelaars meer tegen. Tegen de tijd dat iedereen uit zijn hostel of B&B vertrok, had ik er al kilometers opzitten en zat ik soms al aan het ontbijt of de lunch in het volgende dorpje. Ik kwam dus de mensen achter me niet meer tegen, en de mensen voor me ook niet. Bovendien kon ik zo makkelijk anderhalve sectie, of zelfs twee, op een dag doen.

Wel kwam ik gewoon elke dag door een of twee dorpjes en hoefde ik dus bijna geen eten mee te nemen. Hooguit een of twee maaltijden en een paar liter water, en dan bijtanken en bij-eten zodra je weer in de beschaving komt.

Of je op zo’n manier lopen leuk vindt, ligt natuurlijk helemaal aan jou. Kom je graag in contact met andere lopers, hou je van een lichte rugzak en korte dagen, dan loop je lekker van dorp naar dorp. Maar als je graag alleen loopt, het heerlijk vindt om alleen in de natuur te zijn of graag geld wilt besparen, dan is kamperen ook een goede optie. Een waarschuwing daarbij: Wildkamperen is op de hele wandeling officieel NIET toegestaan. Als je het toch doet, is dat uiteraard op eigen risico. Zorg dat je ergens gaat staan waar je niet in het oog springt, niet bij bebouwing in de buurt, je tent pas opzet na zonsondergang en voor zonsopgang weer weg bent. Bovendien leef je natuurlijk alle LNT-principes na (Leave No Trace), zodat niemand kan zien dat je daar geweest bent.

Doorn in het oog

Wat mij erg opviel op deze wandeling, was de ongelofelijke hoeveelheid papier die overal lag, zowat op de paden zelf in veel gevallen. Het lijkt of iedereen zijn wc-papier maar gewoon neergooit, wat voor mij erg storend werkte. Het is er zo mooi, en dan dat. Omdat ‘iedereen’ het doet, is het misschien makkelijker om te denken dat een paar velletjes extra toch ook niet meer uitmaakt, maar alsjeblieft, laat NIKS achter op de trail, dus ook geen gebruikt wc-papier, of etensresten. ‘Biologisch afbreekbaar’ is nogal een variabel concept, en in deze droge omgeving kan dat afbreken weleens heel lang duren. Bovendien ben je niet de enige daar. Zoals je moeder altijd zei: Als alle anderen voor een trein springen betekent dat nog niet dat jij het ook moet doen. Dus zorg er gewoon voor dat je een afvalzakje meeneemt, oké? (Als je dat een vies idee vindt, stel ik voor dat je een andere hobby gaat zoeken)

Paklijst

Wil je weten wat ik meenam op de tweede week van mijn trip tijdens het kamperen? De paklijst vind je hier!

Zijn er nog meer dingen die jij wilt weten over de Fishermen’s Trail? Laat het me weten in de comments!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *